De schout verscheen in De Monstermaker.
Biogrsfie[]
Eerder leven[]
Ontmoeting met Johan van Horst[]
Dood[]
Verschijningen[]
Stripreeks[]
- 280 - De Monstermaker (Eerste verschijning)
Naam betekenis[]
Persoonlijkheid[]
Kracht en sterkte[]
Wetenswaardigheden[]
- Deze schout is de eerste schout vermoord door Johan van Horst in de stripreeks.
- Deze schout is de meest recente niet-genoemde moordenaar vermoord door Johan van Horst.
- Tot op heden is hij de enige niet-genoemde moordenaar vermoord door Johan van Horst in de Nieuwe reeks en Nieuwe reeks - Deel 2.
- Deze schout is de eerste persoon vermoord door Johan in een dierenvorm (een beer).
- Ondanks dat hij de hoofdvijand en meesterbrein werd in het album later, droeg hij echter geen naam in het album. Ironisch genoeg, een werknemer (Joris) van hem, droeg echter wel een naam in het album.
- Deze schout is de eerste schout die verschijnt in een album van Peter van Gucht sinds de schout uit De Drakar des Doods (album 248), 32 albums eerder.
- In beide albums werd Koning Karel genoemd.
- Dit is de eerste schout wiens dood te zien was in een album van Peter van Gucht.
- Deze schout is het eerste personage vermoord door Johan die in een enkel album 3 genoemde slachtoffers had, namelijk Johannes, Vlaicu en Gijs.
- Naast dit, is de schout Johans eerste slachtoffer met 3 genoemde slachtoffers op zijn naam. Geen van zijn eerdere slachtoffers die een moordenaar waren, hadden geen 3 slachtoffers met een bevestigde naam (het hoogst haalbare aantal was 2).
- Johan had eerder zelf 3 genoemde slachtoffers (Yoessef, Hamid en Morduk Slindar) in het album De Vesting (album 97).
- Zijn dood toont gelijkenissen met de dood van Mentu-Hotpe uit De Zwarte Cobra (album 85), 195 albums eerder. Beide personages werden in brand gestoken door Johan van Horst en stierven hierna.
- Deze schout deelt ook gelijkenissen met Sighold uit Het Behouden Zwaard (album 224). Beide personages benoemde zichzelf tot een beroep dat ze helemaal niet waren en stierven allebei door Johan van Horst. De schout wilde een gouwgraaf of koning worden (hij had het beroep schout), terwijl Sighold zichzelf tot beul benoemde (hij was een tijdelijke kasteelheer).